Duimen en vingerzuigen: de gevolgen voor gebit en spraak
Je mondspieren zijn de hele dag in beweging. Je ademt, kauwt, slikt en praat aan een stuk door. Dit gaat als vanzelf. Je staat er eigenlijk niet bij stil en vertrouwt erop dat je lichaam weet wat het moet doen. Toch kan het voorkomen dat je jezelf verkeerde mondgewoonten hebt aangeleerd, zoals mondademen, duimen of slissen. Hierdoor kan het evenwicht tussen de spieren in en rondom de mond verstoord raken, met allerlei problemen als gevolg. Oro-myofunctionele therapie ondersteunt hierbij.
Zuigreflex
De zuigreflex hangt samen met het overlevingsinstinct van de baby. Het zorgt ervoor dat je kindje weet hoe hij aan de borst of uit de fles moet drinken. Niet voor niets wordt een baby een zuigeling genoemd. Sommige baby’s hebben echter een grotere zuigbehoefte dan anderen. Wanneer je baby veel duimt, kan dit een teken zijn dat je baby meer aandacht en troost zoekt. Duimen is namelijk een troostmiddel voor baby’s. Het heeft een kalmerend effect en verlaagt de hartslag en bloeddruk van de baby. Het zuigen aan een speen of duim doet denken aan het veilige gevoel van de borst of fles.
Nadelige gevolgen
Speen- of duimzuigen heeft dus op zekere hoogte een positieve functie. Het kan je kindje helpen om in slaap te vallen en zichzelf te troosten wanneer de ouder niet in de buurt is. Maar wanneer je kind op latere leeftijd nog steeds duimt, kan dit nadelige gevolgen hebben voor het gebit, de (uit)spraak en zelfs de gezondheid.
Vervorming van gebit
Door te duimen, oefen je druk uit op de tanden en het gehemelte. Als het duimen langer doorgaat dan vier jaar, kunnen de bovenkaak en het gehemelte vervormd raken en kunnen tanden scheef gaan groeien. Daarnaast kan het voor een scheef neustussenschot of overbeet zorgen. Dit heeft een blijvend effect en beïnvloedt ook de stand van de tanden van het volwassen gebit, met orthodontische problemen tot gevolg.
Slik- en spraakproblemen
Ook kan de tongpunt slapper worden door een verkeerde tonghouding, waardoor je kind moeite kan krijgen met praten of slikken. Dit kan een verkeerde uitspraak, slissen of lispelen tot gevolg hebben. Doordat je meer door de mond ademt wanneer je duimt, loop je bovendien meer kans om ziek te worden. Zo is er een groter risico op oorontsteking, verkoudheid en tandproblemen zoals ontstekingen en gaatjes.
Het is belangrijk om duimzuigen vóór de wisseling van de voortanden af te leren
Duimen afleren
Het is belangrijk om duimzuigen vóór de wisseling van de voortanden af te leren. Als je baby overgaat op vaste voeding, is er geen sprake meer van een zuigbehoefte. Blijft je baby speen- of duimzuigen, let hier dan goed op en probeer het af te bouwen, om te voorkomen dat het routine wordt.
Tips voor ouders
- Laat je baby speenzuigen in plaats van duimen. Een speen is makkelijker af te leren en minder schadeljik dan duimzuigen. Beperk het speengebruik tot alleen ‘s nachts.
- Probeer speengebruik of duimen na negen maanden af te bouwen en laat het niet langer dan twee jaar doorgaan.
- Laat je kind handschoentjes dragen in bed of doe een vingerpoppetje over de duim heen.
- Haal de duim uit de mond als je kind slaapt.
- Beloon je kind wanneer hij of zij niet duimt.
- Zoek naar andere manieren om je kind te troosten, zoals een knuffel, zacht lapje, muziek of verhaaltje.
- Naast een zuigbehoefte, kan er ook sprake zijn van een kauwbehoefte. Kauwt of sabbelt je kindje graag op zijn haar, kleren of potloden? Een kauwsieraad gemaakt van veilige materialen kan dan een goed alternatief zijn.
Logopedie bij duimzuigen
Heb je bovenstaande tips geprobeerd zonder succes? Dan kan logopedie helpen om het duimen af te leren. Voor kinderen in de leeftijd van vijf tot acht jaar is er daarom de Ik kan écht wel zonder mijn duim-club. Je kunt hiervoor terecht bij de logopedisten van Jumelet Logopedie. Neem gerust contact op voor meer informatie!
-
Logopedische zorg kan geboden worden op elk moment in de levensloop, op elke leeftijd. Logopedie is de zorg voor problemen die er zijn op het gebied van taal, spraak, stem, gehoor en slikken. De doelgroep die de logopedist het meest ziet, is de groep kinderen in de leeftijd van 2,5 tot 7 jaar.
-
Je mondspieren zijn de hele dag in beweging. Je ademt, kauwt, slikt en praat aan een stuk door. Dit gaat als vanzelf. Je staat er eigenlijk niet bij stil en vertrouwt erop dat je lichaam weet wat het moet doen.
-
Geen contact kunnen maken met je kind is voor een ouder een lastige beproeving. Je kunt er erg onzeker van worden en de schuld bij jezelf zoeken. Wanneer je kind na een lange periode van onzekerheid dan de diagnose autisme krijgt, volgt een aanpassingsperiode. Het valt vaak niet mee om om de belevingswereld van je kind te begrijpen en te communiceren met je non-verbale kind.
-
Zo’n twee tot zes procent van de schoolgaande kinderen heeft ermee te maken: ADHD. Meestal wekt dit een beeld op van hyperactieve kinderen die hun aandacht maar niet bij de les kunnen houden. Het drukke gedrag dat hiermee gepaard gaat wordt vaak niet begrepen en zelfs bestraft.
-
Het kan natuurlijk een keer voorkomen dat je een schorre stem hebt. Bijvoorbeeld omdat je herstellende bent van een verkoudheid, de avond ervoor een iets te leuk feestje hebt gehad of de longen uit je lijf hebt geschreeuwd bij het toejuichen van jouw favoriete voetbalclub.
-
Als ouder wil je het liefst zo snel mogelijk kunnen communiceren met je kind. Zo is de betekenis achter de tranen van je kind niet alleen maar giswerk en kun je je kind beter helpen.
-
Communicatie maakt een groot deel uit van het dagelijks leven. Duidelijk en verstaanbaar communiceren is dus van levensbelang.
-
Heeft jouw kind vaak moeite om op een bepaald woord te komen, vertelt het vaak hetzelfde verhaal of maakt het veel fouten in zinnen?
-
Wanneer je als kind of volwassene te maken krijgt met een stoornis in een alledaagse bezigheid zoals spreken, ademen of horen, kan dit erg ingrijpend en belemmerend zijn.
-
Bij kinderen met Downsyndroom verloopt de taalontwikkeling trager. Daarom heeft logopedie al vanaf het eerste levensjaar een belangrijke meerwaarde.